Blog

Wat moet er allemaal gebeuren om straks uw nieuwe pensioenregeling uit te voeren?

26 september 2024
Van afspraken over nieuwe pensioenregeling naar een goede start voor alle deelnemers

In mei konden wij vertellen dat Philips en de vakbonden afspraken hebben gemaakt over de inhoud van de toekomstige pensioenregeling: gekozen is voor de solidaire premieregeling. Het duurt nog zo’n twee jaar voordat de nieuwe regeling voor u gaat gelden. Dat is nog een hele tijd, maar toch zitten wij allesbehalve stil. Ik neem u graag mee in het proces dat wij in de komende twee jaar gaan doorlopen.

Nieuwe regels voor pensioen

Op deze centrale pagina vindt u meer informatie over de nieuwe pensioenregels.

Naar de overzichtspagina

Wat is nú belangrijk om te weten?

Als alles loopt zoals gepland, gaat Philips Pensioenfonds de nieuwe regeling uitvoeren voor alle pensioenopbouwers, pensioenontvangers en polishouders van het Fonds. Dus wat uw situatie ook is: iedereen krijgt te maken met de nieuwe regeling. De solidaire premieregeling is door de wetgever ontwikkeld om een persoonlijker pensioen mogelijk te maken met voor elke deelnemer een eigen pensioenvermogen en bescherming tegen eventuele financiële tegenvallers door middel van een gezamenlijke financiële reserve: de solidariteitsreserve. Wat dat precies voor uw persoonlijke pensioensituatie betekent, hoort u van ons kort vóór de overgang naar de nieuwe regeling. Voordat het zover is, vertellen wij u natuurlijk wel al meer over wat de nieuwe pensioenregeling in algemene zin voor u gaat betekenen. En uiteraard blijven wij ondertussen goed voor uw pensioen zorgen zoals u dat van ons gewend bent.

Samenvatting: welke stappen worden er gezet?

  1. Transitieplan: Sociale partners (werkgever en vakorganisaties) leggen alle keuzes, met de overwegingen en berekeningen die daaraan ten grondslag liggen, vast in het transitieplan.
  2. Hoorrecht: Verenigingen van pensioenontvangers en premievrije polishouders hebben het recht om een oordeel uit te spreken over het transitieplan. Dit noemen we ook wel het ‘hoorrecht’.
  3. Stemming achterban: De leden van vakorganisaties mogen elk een stem uitbrengen over de gemaakte afspraken in het transitieplan. Pas nadat de achterban gestemd heeft over het transitieplan, besluiten de bonden of het definitief is.
  4. Voorlopige bestuursbesluiten: Het Bestuur van Philips Pensioenfonds beoordeelt of de afspraken van sociale partners, zoals beschreven in het transitieplan, kunnen worden uitgevoerd en of de afspraken ‘evenwichtig’ uitpakken voor de deelnemers van het Fonds. Het Bestuur neemt hierover een voorlopig (voorgenomen) besluit.
  5. Advies Verantwoordingsorgaan: Het Verantwoordingsorgaan van het Pensioenfonds (waarin de werkgever, de werknemers en de pensioenontvangers zijn vertegenwoordigd) geeft advies over de voorlopige besluiten van het Bestuur.
  6. Definitieve besluitvorming: Het Bestuur neemt de adviezen van het Verantwoordingsorgaan mee in definitieve besluiten over de uitvoering van de nieuwe pensioenregeling. Dit kan dus ook gaan om heroverweging van een voorlopig besluit als het advies van het Verantwoordingsorgaan niet (unaniem) positief is.
  7. Beoordeling door toezichthouders: Het Bestuur legt de definitieve besluiten vast en legt deze voor aan de toezichthouders (De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten). De toezichthouders beoordelen de aangeleverde stukken, kunnen tussentijds vragen stellen en moeten uiteindelijk goedkeuring geven aan de uitvoering van de nieuwe pensioenregeling.

 

Voorbereiding uitvoering nieuwe pensioenregeling: Tegelijk met de bovenstaande stappen in het bestuurlijk proces, wordt ook gewerkt aan de voorbereiding van de uitvoering van de nieuwe pensioenregeling. Denk hierbij aan het testen van de deelnemersadministratie, het ontwikkelen van een nieuw deelnemersportaal (MijnPPF) en het voorbereiden van de persoonlijke pensioenoverzichten die de nieuwe pensioensituatie weergeven.

1. Transitieplan

Sociale partners (werkgever en vakorganisaties) leggen alle keuzes, met de overwegingen en berekeningen die daaraan ten grondslag liggen, vast in het transitieplan. In het transitieplan worden bijvoorbeeld de volgende vragen beantwoord: Wat gebeurt er met de opgebouwde pensioenen? Wat zijn voor de verschillende deelnemersgroepen de effecten van de overstap voor het ouderdoms-, nabestaanden- en arbeidsongeschiktheidspensioen? En waarom is de overstap naar de nieuwe pensioenregeling evenwichtig? In september 2024 hebben sociale partners het pre-concept transitieplan opgeleverd en gedeeld met de gepensioneerdenvereniging in het kader van het ‘hoorrecht’.

Terug naar boven

2. Hoorrecht

Omdat pensioen een arbeidsvoorwaarde is, zijn in eerste instantie de werkgever en de vakorganisaties aan zet om de nieuwe pensioenregeling vorm te geven. De keuzes die sociale partners maken, hebben ook gevolgen voor pensioenontvangers en premievrije polishouders. Bijvoorbeeld als het gaat om de wijze waarop wordt omgegaan met de opgebouwde pensioenen en de contractkeuze. Zij zitten niet aan tafel, maar hun belangen worden wel meegenomen in de afspraken die sociale partners maken. Wettelijk is namelijk bepaald dat de overgang naar de nieuwe pensioenregeling voor alle deelnemers ‘evenwichtig’ moet zijn. 

Daarnaast is wettelijk bepaald dat er een ‘hoorrecht’ geldt voor het transitieplan. Dit betekent dat de werkgever de vereniging van pensioengerechtigden en/of vereniging van premievrije polishouders de gelegenheid moet geven om een oordeel uit te spreken over het transitieplan. Bij Philips wordt in het kader van het hoorrecht gesproken met de Federatie van Philips Verenigingen van Gepensioneerden. Sociale partners koppelen terug hoe zij de inbreng van de FPVG hebben meegenomen in de besluitvorming.

Terug naar boven

3. Stemming achterban

Vakorganisaties maken samen met de werkgever afspraken over de toekomstige pensioenregeling. Deze afspraken worden pas definitief nadat de achterban van de vakorganisaties hierover heeft gestemd. Nadat het hoorrecht is afgerond, wordt het transitieplan daarom voor stemming voorgelegd aan de leden van de vakorganisaties. 

Pas nadat de achterban positief gestemd heeft over het transitieplan, besluiten de bonden of het definitief is. Naar verwachting is dit proces eind 2024 afgerond. Hoewel in het transitieplan de afspraken van sociale partners staan en niet die van het Pensioenfonds, publiceert het Pensioenfonds het definitieve transitieplan eind 2024 op de website. Dit is wettelijk verplicht. 

Terug naar boven

4. Voorlopige bestuursbesluiten

Het Bestuur van Philips Pensioenfonds moet aan de hand van het definitieve transitieplan toetsen of de keuzes van sociale partners uitvoerbaar zijn. Hierbij gaat het niet alleen om administratieve uitvoerbaarheid, maar nadrukkelijk ook om aspecten als: betaalbaar (is de premie die sociale partners afspreken voldoende om de ambitie waar te maken), uitlegbaar (is de pensioenregeling te begrijpen voor deelnemers) en bovenal evenwichtig.

Over dat laatste aspect: als Pensioenfonds zijn wij wettelijk verplicht om ‘evenwichtige’ besluiten te nemen. Wat dat precies betekent, zegt de wet niet. Wel is duidelijk dat er meestal meerdere besluiten mogelijk zijn, die allemaal evenwichtig kunnen zijn. Belangrijk is dat wij bij al onze besluiten in ieder geval zorgvuldig de gevolgen voor alle deelnemersgroepen in kaart moeten brengen en de voor- en nadelen tegen elkaar moeten afwegen. Het Bestuur toetst de besluiten van sociale partners dus aan het criterium ‘evenwichtigheid’. In de praktijk hebben wij in de voorbereidingsfase al de nodige informatie met de sociale partners gedeeld. Zodat zij bij het nemen van de besluiten al weten welke gevolgen deze hebben voor de deelnemers. 

De bestuursbesluiten over de uitvoerbaarheid van de nieuwe pensioenregeling moeten volgens planning vóór het eind 2024 worden afgerond. Die planning is erop gericht om de stukken tijidg aan te leveren bij de toezichthouders, zie ook toelichting hieronder. Voor een deel gaat het hier om zogenoemde ‘voorgenomen besluitvorming’. Dat komt doordat voor bepaalde besluiten definitieve besluitvorming pas mogelijk is nadat het Verantwoordingsorgaan een advies heeft kunnen uitbrengen. 

Terug naar boven

5. Advies Verantwoordingsorgaan

Het Verantwoordingsorgaan bestaat uit vertegenwoordigers van de pensioenopbouwers, de pensioenontvangers en de werkgevers. Het Verantwoordingsorgaan heeft een belangrijke rol in het proces om te komen tot een nieuwe pensioenregeling. Voor een aantal onderwerpen heeft het Verantwoordingsorgaan het recht om een advies uit te brengen. Zo mag het Verantwoordingsorgaan onder andere adviseren over de beslissing om de opgebouwde pensioenen om te zetten naar de nieuwe pensioenregeling en over de wijze waarop het vermogen van het Pensioenfonds wordt verdeeld over de individuele pensioenvermogens van deelnemers (dit noemen we ‘invaren’).

De rol van het Verantwoordingsorgaan bij de overgang naar de nieuwe pensioenregeling is extra van belang, omdat u als deelnemer geen individuele keuzes kunt maken over bijvoorbeeld het omzetten van uw opgebouwde pensioen naar de nieuwe pensioenregeling. U kunt de rol van het Verantwoordingsorgaan zien als extra zekerheid dat het Bestuur zijn taken op een evenwichtige en verantwoorde wijze uitvoert, rekening houdend met de belangen van alle deelnemers.

Het Verantwoordingsorgaan wordt gevraagd om uiterlijk 1 maart 2025 de adviezen uit te brengen. 

Terug naar boven

6. Definitieve besluitvorming

Als de adviezen van het Verantwoordingsorgaan positief zijn, kan direct daarna de definitieve besluitvorming in het Bestuur plaatsvinden. Zijn de adviezen niet (allemaal) positief? Dan zal het Bestuur de besluiten heroverwegen en mogelijk zelfs nader afstemmen met sociale partners. In dat geval kan pas daarna definitieve besluitvorming plaatsvinden. 

Op dit moment is wettelijk geregeld dat de vastlegging van de bestuursbesluiten uiterlijk op 1 juli 2025 moet worden voorgelegd aan de toezichthouders De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). De bestuursbesluiten van het Pensioenfonds die voortkomen uit het transitieplan, moeten vastgelegd worden in drie voorgeschreven documenten:
 

  • Het implementatieplan: hierin staan de technische uitvoerbaarheid, de kosten en de risico’s van invoering van de nieuwe pensioenregeling en omzetten van de opgebouwde pensioenen naar de nieuwe pensioenregeling (invaren) centraal. Het implementatieplan brengt de verschillende onderwerpen op hoofdlijnen samen en beziet deze zoveel mogelijk in samenhang.
  • Het communicatieplan: het communicatieplan is onderdeel van het implementatieplan. In het communicatieplan beschrijft het Pensioenfonds op welke wijze deelnemers geïnformeerd worden over de gevolgen van de wijziging van de pensioenregeling. Daarnaast moet beschreven worden op welke wijze gecommuniceerd wordt over een mogelijke compensatie in verband met het afschaffen van de zogenoemde doorsneepremie (klik hier voor vragen en antwoorden over dit onderwerp) en hoe die compensatie wordt gefinancierd.   
  • Het invaarsjabloon: een Excel-file waarin volgens een vast stramien vragen over de nieuwe regeling en de overgang naar die nieuwe regeling beantwoord moeten worden.
Terug naar boven

7. Beoordeling door toezichthouders

Het implementatieplan en invaarsjabloon worden ingediend bij DNB, het communicatieplan wordt voorgelegd aan de AFM. Na indiening bij de toezichthouders, moet rekening gehouden worden met de termijnen die gelden voor de beoordeling. Zo heeft DNB in eerste instantie een half jaar om de ingediende stukken te beoordelen. Deze termijn kan tot tweemaal toe met drie maanden worden verlengd. Deze termijnen gaan pas lopen als DNB heeft vastgesteld dat het ingediende dossier compleet is. De termijnen worden geschorst met de tijd die een pensioenfonds nodig heeft om door DNB gestelde vragen te beantwoorden. Dit alles betekent dat het in de praktijk ook een jaar of zelfs nog langer kan duren voordat de goedkeuring van DNB ontvangen is. 

De AFM hanteert voor het beoordelen van het communicatieplan vaste inlevermomenten. Wanneer het plan op deze momenten wordt aangeleverd, reageert de AFM binnen 8 weken. Het communicatieplan moet echter gelijktijdig met het implementatieplan worden aangeleverd. Vanwege deze afhankelijkheid zal aanlevering van het communicatieplan waarschijnlijk buiten de vaste aanlevermomenten vallen. In dat geval hanteert de AFM dezelfde tijdslijnen als DNB.

Terug naar boven

Voorbereiding uitvoering nieuwe pensioenregeling

Los van alle besluiten die genomen moeten worden door sociale partners en het Bestuur van het Pensioenfonds, moeten we ook voorbereid zijn op de uitvoering van de nieuwe pensioenregeling. Hier komt veel bij kijken wat niet altijd allemaal zichtbaar is voor u als deelnemer. Een paar elementen licht ik er hier graag voor u uit.
 

Een robuuste pensioenadministratie
Philips Pensioenfonds administreert de pensioenen van bijna 100.000 deelnemers. Elk pensioen is gebaseerd op gegevens van de deelnemer die vastliggen in de administratie. Denk aan: hoogte van het salaris, aantal dienstjaren en ontvangen en gemiste indexatie. Voor een pensioenfonds is een goede kwaliteit van de gegevens in de administratie en de robuustheid van het IT-systeem waarin de pensioenregeling wordt geadministreerd, dan ook van cruciaal belang. Als straks de opgebouwde en ingegane pensioenen worden omgezet naar de nieuwe pensioenregeling, willen wij als Bestuur met een maximaal mogelijke zekerheid kunnen stellen dat die zaken op orde zijn en blijven. Daarom heeft risicobeheersing op het vlak van datakwaliteit en geschiktheid van het administratiesysteem onze bijzondere aandacht. In het implementatieplan wordt in detail vastgelegd hoe wij hier precies aan werken. Hieronder alvast twee voorbeelden:
 

  • Kwaliteit van deelnemersgegevens
    Philips Pensioenfonds voert voorafgaand aan de daadwerkelijke omzetting van uw pensioen een groot aantal checks uit op de gegevens in de administratie. Een voorbeeld van een dergelijke controle is de jaarlijkse vergelijking van de deelnemersgegevens van het Pensioenfonds en de werknemersadministratie van de aangesloten ondernemingen. Een dergelijke vergelijking voeren wij ook periodiek uit met de gegevens uit de Basisregistratie Personen van de overheid. Zo houden we de gegevens actueel en juist. 
     
  • Aanpassing IT-systemen
    Vooraf wordt vastgelegd waar het aangepaste IT-systeem aan moet voldoen. Voordat het systeem in gebruik wordt genomen, vinden uitvoerige testen plaats. Het systeem wordt pas in gebruik genomen als die testen positief zijn verlopen. Een voorbeeld van een test is dat applicaties die gekoppeld zijn aan het IT-systeem, zoals de Pensioenplanner, ook blijven werken als er veel deelnemers tegelijk gebruikmaken van die applicatie. Het systeem wordt dan getest op piekbelasting; dit noemen we ook wel een ‘load test’.
     

Voldoen aan wet- en regelgeving en vastlegging in pensioenreglement
In het implementatieplan wordt vastgelegd hoe het Pensioenfonds de pensioenregeling kan uitvoeren volgens de wettelijke regels. Vervolgens moet het pensioenreglement worden opgesteld, waarin de nieuwe pensioenregeling is vastgelegd. 


Wat betekent de nieuwe pensioenregeling voor u?
Wij moeten elke deelnemer inzicht geven in wat de wijziging van de pensioenregeling voor hem/haar persoonlijk betekent. Om te zorgen dat elk pensioenfonds hier voldoende aandacht aan besteedt en de communicatie afstemt op het eigen deelnemersbestand, is in de wet vastgelegd dat elk pensioenfonds een communicatieplan moet opstellen. De wet schrijft enkele communicatiemomenten voor: zo krijgt u als deelnemer voorafgaand aan de uiteindelijke omzetting een pensioenoverzicht met de voorlopige pensioenbedragen in de nieuwe pensioenregeling. Hoe uw pensioensituatie er werkelijk uitziet, weten we pas op het moment van omzetting. We zijn immers afhankelijk van de financiële omstandigheden op dat moment. U ontvangt daarom na omzetting een definitief pensioenoverzicht met de pensioenbedragen op het moment van overgang. 

Bij alle communicatie is het belangrijk dat we oog hebben voor de specifieke gevolgen voor verschillende deelnemersgroepen. In het communicatieplan wordt dat uitgewerkt.


Inrichten beleggingsbeleid
Voor de nieuwe pensioenregeling geldt een nieuw beleggingsbeleid. Dit beleggingsbeleid moet onder andere worden gebaseerd op de voorkeuren van onze deelnemers. Misschien heeft u begin 2024 ook uw inbreng hiervoor gegeven via het risicopreferentieonderzoek. Om de pensioenvermogens van de deelnemers vanaf de ingang van de nieuwe pensioenregeling te beleggen volgens dit nieuwe beleid, moeten veel voorbereidingen worden getroffen. 

Terug naar boven

In dit artikel hebben wij een overzicht gegeven van de processtappen die wij nu zetten richting uw nieuwe pensioenregeling. Wij zijn ons er goed van bewust dat de meeste deelnemers vooral willen weten wat de nieuwe pensioenregeling voor hen persoonlijk gaat betekenen. Op persoonlijk niveau kunnen wij u daarover pas kort voor omzetting informeren. Maar intussen houden wij u wel op de hoogte van de hoofdlijnen van de nieuwe pensioenregeling én we vertellen u wat de nieuwe pensioenregeling in algemene zin voor u gaat betekenen. Daarnaast gaan we in op vragen en mogelijke misverstanden. U vindt alle informatie bij elkaar op www.philipspensioenfonds.nl/nieuwepensioenregels

Vriendelijke groet,

Jasper Kemme
Algemeen Directeur