Uw keuzemogelijkheden

Uw keuzemogelijkheden

Op het Uniform Pensioenoverzicht 2023 ziet u uw pensioensituatie op basis van de gegevens per 1 januari 2023. In het Uniform Pensioenoverzicht gaan we er standaard van uit dat uw pensioen ingaat op de pensioenrichtleeftijd. De pensioenrichtleeftijd is 68 jaar. Dat betekent dat het opgebouwde en eventuele nog op te bouwen pensioen ingaan op 68 jaar. Maar uiteindelijk kiest u zelf op welke leeftijd u uw pensioen wilt laten ingaan. Heeft u deze keuze al gemaakt en vastgelegd? Dan gaat uw Pensioenoverzicht uit van uw gekozen pensioenleeftijd.

Welke keuzes kunt u maken als u met pensioen gaat?

Dat hangt af van uw pensioenregeling. Voor het flex pensioen gelden de volgende keuzemogelijkheden:

• U kunt eerder of later dan 68 jaar met pensioen gaan. Als u dat doet, wordt uw pensioen vanaf 68 jaar herrekend naar de door u gekozen pensioenleeftijd.
  • Wilt u meer dan tien jaar voor uw AOW-leeftijd met pensioen gaan? Dan bent u verplicht om te stoppen met werken voor het deel dat u uw pensioen laat ingaan.
  • U kunt ervoor kiezen om tussen 68 en 70 jaar met pensioen te gaan. U moet deze keuze gemaakt hebben op de leeftijd van uiterlijk 67,5 jaar. Het maakt daarbij niet uit of u door blijft werken of niet. Wilt u door blijven werken na 68 jaar? Dan heeft u daarvoor toestemming van uw werkgever nodig. Bent u arbeidsongeschikt? Dan gaat uw ouderdomspensioen in op de pensioenrichtleeftijd. U kunt uw ouderdomspensioen ook tegelijk met uw AOW laten ingaan. Uw arbeidsongeschiktheidspensioen stopt op uw AOW-leeftijd. Of als dat eerder is op uw pensioenrichtleeftijd. In de huidige pensioenregeling is dat 68 jaar.
  • Uw pensioendatum moet u een half jaar voordat u met pensioen wilt gaan, uiterlijk op 67,5-jarige leeftijd doorgeven aan uw werkgever. Ook als u later dan 68 jaar met pensioen wilt gaan. Bent u niet meer in dienst? Geef dan uw pensioendatum door aan onze Klantenservice.
• Kiest u ervoor om eerder dan uw AOW-leeftijd met pensioen te gaan? Dan wilt u wellicht een overbruggingspensioen inkopen om het gemis aan het AOW-pensioen tot uw AOW-leeftijd op te vangen. U kunt alleen een overbruggingspensioen kiezen als u vóór uw AOW-leeftijd met pensioen gaat.
• U kunt het nabestaandenpensioen (gedeeltelijk) inruilen voor een hoger ouderdomspensioen of andersom.
• En u kunt ervoor kiezen om tot uw AOW-leeftijd of 72 jaar een hoger pensioen te ontvangen door gebruik te maken van de hoog-laagregeling.

Wilt u weten hoe hoog uw pensioen op basis van deze individuele keuzes is? Gebruik dan de Pensioenplanner in MijnPPF. In de Pensioenplanner kunt u bij ‘Uw keuzes’ een indicatie van uw netto pensioen zien. U kunt een samenvatting van uw keuzes als pdf-bestand opslaan op uw computer en printen.

Wilt u meer weten over de keuzes die u kunt maken? Kijk dan op de webpagina 'Bijna met pensioen' of neem contact op met de Klantenservice.