Pensioen 123 Laag 2

Eerder of later met pensioen

Gecontroleerd op:

Laag 2

Eerder stoppen of langer doorwerken

Als deelnemer aan het flex pensioen kunt u zelf kiezen wanneer u met pensioen wilt gaan. Uw pensioenleeftijd moet wel tussen de 60 en 70 jaar liggen.



In plaats van met pensioen te gaan op 68 jaar kunt u er dus voor kiezen om langer door te werken. Als u later met pensioen gaat, wordt uw opgebouwde ouderdomspensioen verhoogd. Daarnaast wordt de pensioenopbouw voortgezet als u doorwerkt. Wilt u tussen 68 jaar en 70 jaar met pensioen gaan? Dat kan alleen na instemming van Philips, Signify of Versuni. Kijk voor de voorwaarden voor het uitstellen van pensioen in het pensioenreglement (bij Downloads).



U kunt er ook voor kiezen om uw pensioen eerder in te laten gaan dan op 68 jaar. Dat betekent wel dat uw ouderdomspensioen lager wordt. Eerder met pensioen gaan heeft dus financiële gevolgen. De pensioenopbouw stopt eerder en het ouderdomspensioen wordt verlaagd.



U moet er ook rekening mee houden dat de AOW wellicht later ingaat dan uw vervroegde pensioen. Kijk op www.svb.nl om te zien wanneer uw AOW ingaat. Gaat u vóór uw AOW-leeftijd met pensioen? Dan kunt u tot uw AOW-leeftijd een overbruggingspensioen inkopen bij Philips Pensioenfonds. Gaat uw AOW-leeftijd na het ingaan van uw pensioen nog omhoog? Dan kunt u tot uw oude AOW-leeftijd nog kiezen om uw overbruggingspensioen aan te passen aan uw nieuwe AOW-leeftijd. Er zijn drie opties voor de hoogte van het overbruggingspensioen. 

Laag 3

Kijk voor de voorwaarden voor het uitstellen van pensioen in het pensioenreglement. Deze is terug te vinden op onze downloadpagina.

Ga naar downloads